Over Tyas

Een Zeeuws-Vlaming die over zichzelf vertelt, een wonder

“Al jaren bezig met onderzoeken
Bleek het boven te liggen”

In Den Beginne

Ik vond het spannend om voor het eerst op een podium te staan, vooral door het geluid. Tijdens carnavalsoptochten of op andere drukken plekken gingen mijn ouders altijd vroegtijdig weer met mijn zus en mij weg omdat ik huilend en overprikkeld riep dat ik weer naar huis wilde, ons huisje in het rustige Zuiddorpe in Zeeuws-Vlaanderen. De rust van een dorpje met een inwonersaantal van 3 mensen en een paardenkop vond ik heerlijk en ik gedijde er goed op. Te veel prikkels maakten me angstig en harde geluiden werden me al snel te veel, maar ik wilde het proberen.
Het was een playback show in buurthuis ’t Kaaike. Ik had dagen staan oefenen in de woonkamer bij de tv en wilde het graag laten zien. Ik kon het publiek niet zien zitten door de lampen die in mijn gezicht schenen. Gekleed in een zwarte broek, veel te grote witte blouse en een riem van mijn tante met een grote sierlijke gesp met franjes, ik vond dat ik precies leek op de man van mijn videoband, behalve dat ik op mijn sokken stond. Ik wachtte op de eerste beat en stampte hierop mee met mijn voet. Ik deed een playback versie van een tapdance show ‘Riverdance.’ 
Achteraf denk ik dat het er vooral heel grappig uit moet hebben gezien, een klein roodharig mannetje met te groot pakje, dat zonder tapdance schoenen mee danste met het klikken van de tap schoenen van Michael Flatley. Ik won de eerste prijs van de playback show en toen besloot ik als 6 jarige dat dit was wat ik wilde mensen vermaken. Sindsdien ben ik altijd bezig geweest met zoeken naar manieren om me te uiten, en dat is eigenlijk ook niet meer gestopt.
Ik tekende veel en schreef horror-verhalen en strips voor de schoolkrant, daarnaast zat ik op muziekles en in een kinderkoor, waar het hoogtepunt altijd de musicals waren. Op de middelbare school deed ik mee aan de bonte avond met een stukje cabaret, waarna ik werd gevraagd om mee te doen aan de Kunstbende, ik had er nog nooit van gehoord maar het motiveerde me om eens buiten Zeeuws-Vlaanderen te treden. Door mee te doen aan de Kunstbende kwam ik weer terecht bij andere optredens en leerde hierdoor dat ik mijn makerschap ook serieus mocht nemen. 
Toen het tijd werd om na mijn middelbare school een studie te kiezen heb ik lang getwijfeld of ik een creatieve opleiding wilde volgen, maar uiteindelijk won de keuze voor een studie met wat meer zekerheid (met wat hulp van advies van familieleden). Ik ging toen naar Tilburg om de lerarenopleiding Engels te volgen, ook omdat ik veel interesse heb voor onderwijs. Ik kwam er al snel achter dat dit niet de juiste keuze was, en het wonen in Tilburg, omringd door mensen uit creatieve sectoren heb ik toch besloten om een creatieve opleiding te gaan doen, namelijk ArtCoDe. 

ArtCoDe

Een tijd heb ik me perfect op mijn plek gevoeld op ArtCoDe. Ik leerde vrijwel wekelijks nieuwe vaardigheden aan, kreeg continue inspirerende opdracht en kwam frequent tot toffe resultaten. Het gebouw inspireerde me, een plek waar allerlei disciplines te zien zijn en je mensen uit deze verschillende sectoren kunt ontmoeten, zo ben ik tot veel contacten gekomen om mee samen te werken. Op de achtergrond sloop er jammer genoeg een negatiever gevoel bij me naar binnen.
Het pad dat ik bij ArtCoDe heb afgelegd is enigszins afwijkend van hoe ik het eigenlijk had gewild, Ik heb er ongeveer twee jaar tussenuit gelegen vanwege mentale klachten. Deze zaten me dermate in de weg dat ik dit eerst voor mezelf wilde oplossen. In deze periode ben ik veel met mezelf bezig geweest en heb me ontwikkeld op veel vlakken, dit was noodzakelijk om weer met creatieve processen bezig te kunnen zijn. Ik ben dan ook heel dankbaar voor deze periode. Waar ik wel van ben geschrokken is de nasleep, het duurde heel lang voor ik me weer mezelf voelde, en heel eerlijk gezegd ben ik er nog steeds niet helemaal. Gelukkig heb ik mijn opleiding wel op een heel positieve manier kunnen afsluiten. Voor mijn afstuderen besloot ik één van mijn mentale kwalen onder de loop te nemen en deze mee te nemen in mijn creatieve proces. Dit zorgde er voor dat mijn afstudeerwerk dicht bij mezelf lag en ik mezelf hierin niet hoefde te verloochenen. Dit maakt me heel enthousiast en ik denk dat ik er nog heel veel kanten mee op kan.
Al met al ben ik heel dankbaar voor wat ArtCoDe mij gebracht heeft. In een inspirerende omgeving vol gepassioneerde, betrokken docenten en getalenteerde studenten met gevarieerde interesses en thema’s heb ik me kunnen ontwikkelen tot de maker die ik nu ben. Met een voldaan gevoel heb ik mijn diploma in ontvangst mogen nemen, maar wel met honger naar meer, ik hoop dan ook nog lang bij ArtCoDe betrokken te kunnen zijn. 

Tyas de maker

Een Hoofd Vol Bloemen

Een jongen en zijn bloementuin. Vier vierkante meter in de tuin van zijn vader, afgezet door een klein houten hekwerkje, cadeau gekregen voor zijn negende verjaardag. Lege grond, het enige dat hij nog hoeft te doen is de grond vullen met zijn ideeën. Het zou niet moeilijk hoeven te zijn met zoveel ideeën, bij de gedachten aan zijn eigen tuin loopt zijn hoofd al over met bloemen. Uit zijn linkeroor groeien oranje en gele tulpen, allemaal even lang met volle koppen. Uit zijn neus hangt een roze mandelina en zijn mond is volledig gevuld met rode rozen.
   Met wat geld in zijn zak koopt hij zaden voor de bloemen in zijn hoofd, hij koopt rozen, mandelinas, tulpen en nog allerlei zaden waarvan hij niet weet wat ze zullen worden. Nog voor hij weet waar wat moet komen graaft hij, bewapend met een spit en een hark waarvan de stelen door zijn vader op maat gezaagd zijn, verspreid over zijn tuin putten en zaait alles tegelijk. Een paar dagen moet hij wachten, uit zijn raam kijkt hij of de regen wel elk stukje van zijn tuin bewatert en voor de zekerheid gaat hij er daarna met zijn gieter nog eens overheen. Ondertussen kijkt hij naar de tuin van zijn vader, waar elke bloem een plekje heeft. De rozen, tulpen en mandelina’s staan in eigen perkjes van elkaar gescheiden, elke grasspriet is even lang en even groen en elk blad dat van de bomen valt wordt al opgeharkt voordat het de grond raakt. Het lijkt zijn vader geen moeite te kosten, waar zijn eigen hoofd vol bloemen is, is die van zijn vader gevuld met structuren en rituelen, de bloemen staan enkel in zijn tuin. 
Nadat zijn vader na zijn rituelen naar binnen komt zegt hij “ze steken ulderen kop al boven.”
   De jongen gaat kijken naar zijn tuintje en overal zijn al kleine bloemen te zien, en hoeveel de bloemen in zijn tuin gegroeid zijn, precies zo veel zijn ze in zijn hoofd gekrompen. De bloemen in zijn tuin verschillen in lengte en hij weet niet meer waar hij welke bloemen had gezaaid. Tussen de bloemen ziet hij andere plantjes, ze zijn groen zonder bloem, mooi zijn ze niet, hij heeft ze wel eens in zijn vaders tuin zien staan, maar nooit lang. “Bucht” noemt zijn vader ze. Hij plukt het tussen de bloemen vandaan en al snel heeft hij een emmer gevuld, maar als hij klaar is en vermoeid naar zijn tuin kijkt ziet hij alleen maar bloemen, zoals het hoort. De volgende dag zijn de bloemen in zijn tuin weer gegroeid, en die in zijn hoofd gekrompen. Maar het kriebelt in zijn hoofd en hij hoort een zacht geritsel tussen zijn bloemen.
   Het zijn beestjes, in zijn hoofd en in zijn tuin. Honderden pootjes in sets van zes krioelen tussen zijn hersenkronkels. Bladluizen knagen aan de bladeren en pimpampoentjes knagen aan de bladluizen, zo lost het probleem zichzelf hopelijk op. Het onkruid groeit terug, veel harder dan de bloemen en het wordt steeds meer. De tuin van vier vierkante meter lijkt wel veertig te zijn en de ruimte in zijn hoofd lijkt alleen maar kleiner te worden. “Ge moet die bucht weghalen, anders moet je helemaal geen bloementuin hebben.” Zijn vader had nog veel meer handige tips zoals; “houdt die hark eens andersom vast, ge zijt toch niet links?,” “loopt nie heel d’n tijd te fluiten en werkt wa deur,” en “doe nou eens een keer één ding tegelijk.”
   De bloemen groeien door terwijl ze krimpen in zijn hoofd tot de bloemen in zijn hoofd verdwenen zijn en ze in zijn tuin volgroeid zijn.
In zijn hoofd zijn geen bloemen meer, daar is geen ruimte meer voor, het enige wat er nog overblijft is het onkruid en de beestjes. Uit zijn linkeroor groeien distels, uit zijn neus hangen tingels en zijn mond zit vol met bladluis. De bloemen in zijn tuin zijn nooit zo mooi geworden als dat ze in zijn hoofd ooit waren. Met een gevoel van schaamte en verlies levert hij zijn spit en hark in bij zijn vader, die dit verwart met gemakzucht en ondankbaarheid. De dag erna kijkt hij toe hoe zijn vader het kleine houten hekwerkje afbreekt en zijn tuintje van vier vierkante meter door een paar simpele handelingen weer opgaat in het netjes verzorgde geheel. 

Mijn hoofd staat altijd aan, dat heeft voordelen en nadelen. In mijn maakproces levert het vooral voordelen op omdat ik hierdoor veel inspiratie heb. Ik heb een breed veld aan interesses en ben leergierig. Het kan echter ook moeilijk zijn om hierin te filteren. Maken is voor mij een middel om de dingen in mijn hoofd een doel te geven en hier voel ik dan ook veel drang toe.
Ik kenmerk mezelf als een maker die conceptueel sterk is en deze ideeën op veel verschillende manieren kan uitwerken doordat ik vrij veel disciplines beheers, zoals muziek en tekst, en altijd op zoek ben naar nieuwe manieren om mezelf tot uiting te brengen. Hierdoor is mijn werk divers en multi-inzetbaar. Daarnaast sla ik verschillende tonen waardoor mijn werk serieus kan zijn wanneer dit nodig is maar ook luchtig kan zijn. Maken is voor mij ook relativeren, mezelf relativeren en de wereld om mij heen, humor is hier een belangrijk middel in. 
Samenwerking is binnen mijn project en manier van werken heel erg belangrijk, door anderen toegang te geven in mijn proces krijg ik andere invalshoeken vanuit verschillende interesses en disciplines, dit is naar mijn mening altijd een verrijking. Bovenal kan ik doormiddel van samenwerking tot veel interessantere resultaten komen dan dat ik alleen zou kunnen.
Om een beter beeld van mezelf als maker te krijgen heb ik gevraagd om mij te omschrijven:

“Een maker met een speelse kijk op de wereld. Nuchter en toch fantasierijk, eerlijk maar alles met een glimlach, dichtbij zichzelf en toch out of the box.” 

-Jan De Beer

“Tyas is een bodemloze put van creatieve ideeën die je opnieuw, met een verrassende blik naar dingen laat kijken” 

-Marleen Brons

“Tyas, Typische ADHD’r.
Vliegt alle kanten op zo ook zijn talenten.
Maakt muziek.
Handig met hout
Vaardig met taal 
Sociaal en sterk in een samenwerking
Weet met zijn werk diepere thema’s te raken, geheel op eigenzinnige en humoristische wijze.”

-Tom Heintz 

“Tyas is een humoristische en eigenzinnige ontwerper met een flinke dosis energie!
Wat we zo aan je bewonderen, is de vrolijkheid die jij met je mee de ruimte in draagt. Wanneer jij aanwezig bent, met je snelle gedachten en verfrissende ideeën, is iets nooit saai. Het moment wordt doordacht, kritisch, licht. Het neemt mee, zet aan, daagt uit. Daarvan willen wij één ding: meer. 

Met een berg plezier en motivatie heeft Tyas dit jaar van een zogenoemde ‘zwakte’ een passie en kracht gemaakt: hij heeft het ingezet tot studieobject. ADHD als onderzoeksthema, hoe persoonlijk ook, resulteerde in een ontwerpset die voor hem én velen met hem van dagdagelijkse waarde kunnen zijn. Tyas heeft een ontwerpmethodiek ontwikkeld vanuit waar hij eindeloos kan blijven creëren en waarin hij gelooft, en wij met hem. Hij gelooft in zijn concept, in zijn kunnen en gaat daar vol voor. Werkt vanuit een open houding, in verschillende media en vanuit een continu bewustzijn van zijn eigen handelen in de samenleving. We geloven in de methodiek die hij heeft ontwikkeld: we geloven bevonal ook in het vervolg hiervan. 

Als persoon is Tyas een ontwerper die we hebben leren kennen als iemand die maar weinig schuwt. op één van de belangrijkste dagen in deze studie – het eindexamen – zijn docententeam inclusief extern gecommitteerde bij hem thuis uitgenodigd. Het huis vormde hij om tot een tentoonstelling, met koffie, koek en met een goed gesprek. Het team wilde daar graag langer blijven, maar het strikte rooster liet dat niet toe. 

Tyas schept sfeer, als mens en als ontwerper, iets dat in deze praktijk samenvalt. Tyas maakt ‘werk’ leven, en evengoed ook andersom. Of hij nu workshops geeft aan leerlingen met ADHD, een roman gaat schrijven, of verhuist naar Zeeuws Vlaanderen: het maakt de wereld mooier, aangenamer, draaglijker, prettiger en praktischer. En dat is van grote waarde. Wij spreken het volste vertrouwen in zijn toekomst als ontwerper uit, vanuit de berg werk die Tyas verzette, waar we meer dan naar uit zien hem in te blijven volgen. Dit is ook zijn plan: met mensen rondom, waarmee hij zijn atelier al deelt, lekker te blijven werken. Elkaar te ondersteunen, te schrijven, te verbinden, twijfelen, muziek te maken en op sokkels in een grasveld te gaan staan. Deze praktijk ontwikkelt niet slechts na het besluiten van de studie, maar continueert. Of hij nu een huis gaat schilderen, de aspecten en onderdelen op zijn bureau gaat aftapen of bijdraagt aan de eindexpositie later dit jaar: in wat hij levert en bijdraagt zit energie, een knipoog een één mens dat design, kunst en leven samen laat vallen.”

-Liza Voetman namens het docententeam van ArtCoDe

Krioelen van de Doelen

Tijdens mijn afstuderen heb ik mijn niche gevonden in neurodiversiteit. Er is naar mijn mening nog veel winst te boeken als het gaat om de wereld wat toegankelijker te maken voor iedereen, en vooral om iedereen de kans te geven zijn of haar creativiteit maximaal te kunnen benutten. Mijn manier om hier een bijdrage in te leveren is twee ledig. Met mijn eigen werk wil ik openheid en begrip creëren over het feit dat niet iedereen even goed functioneert in bestaande systemen. Het is voor mij wel belangrijk om dit op een luchtige manier te doen, omdat ik geen beeld wil creëren van ‘zielige mensen’ die geholpen moeten worden. Daarom wil ik hierin met een gezonde dosis humor te werk gaan. Ik wil in zoveel mogelijk disciplines actief zijn. Ik wil blijven schrijven, muziek maken en beeldend werk creëren. Alleen, of samen. Ik deel een atelier met hele fijne, creatieve mensen waar ik heel graag mee samen werk en ik wil met hen in de toekomst ook blijven samenwerken. Zo ben ik bijvoorbeeld samen met Bart van Veenendaal soundscapes aan het maken voor een installatie van Tom Heintz en Jolein Kop in de publieke ruimte. 

Naast mijn eigen werk wil ik mensen helpen in hun creatieve proces. Ik denk dat het vaak over het hoofd wordt gezien om kritisch naar je eigen manier van werken te kijken in plaats van enkel met de resultaten bezig te zijn. Een bewustzijn van iemands krachten en zwaktes, en hoe deze in te zetten kan er voor zorgen dat werk authentieker wordt en haalt een deel van de lasten van een maakproces weg doordat je jezelf minder hoeft te verloochenen. Daarom ben ik samen met Jeroen Opstelten bezig om een begeleidingstraject te creëeren, waarin we bijvoorbeeld kunststudenten helpen om op een fijnere en gezondere manier met hun creativiteit om te gaan.